De Broekermolen in al haar glorie.
De Broekermolen in al haar glorie. Foto: pr

Molen en gemaal van Papekop

Algemeen

U weet het wellicht niet, maar Papekop heeft een echte molen gehad. Het was de Broekermolen. Hij behoorde toe aan Papekop, maar stond in de polder Barwoutswaarder.

Omdat de polder van Papekop/Diemerbroek onder de zeespiegel ligt, moet men het water door bemaling zien kwijt te raken om droge voeten te houden. Vanaf de 15de eeuw deed men dat door middel van molens en in later stadium met gemalen om het teveel aan water uit te malen. In eerste instantie loosde Papekop via de Kerkwetering op de Hollandse IJssel, maar vanaf 1612 stapte Papekop/Diemerbroek over op het lozen in de Oude Rijn en werd het onderdeel van het Groot-Waterschap Woerden (nu Stichtse Rijnlanden).

De Broekermolen

Voor die afwatering naar de Oude Rijn had men natuurlijk wel een nieuwe uitwatering nodig. Vanaf de Achterkade van Papekop, annex Oostkade van Waarder, werd een nieuwe uitwatering, de Broekermolenvliet, gegraven. Aan het eind van deze vliet kwam een molen (de Broekermolen) te staan, die het water ‘uitsloeg’ op de Kromwijkerwetering. Deze komt uit in de Oude Rijn, die het water afvoert naar de Noordzee via Katwijk.

Deze Broekermolen stond buiten Papekop, in de polder Barwoutswaarder (iets ten noorden van de huidige A12) en was al een oud exemplaar toen op 7 oktober 1874 de voorzitter van de polder Papekop/Diemerbroek G.A. Muller een telegram kreeg met de tekst: ‘Onze watermolen staat in brand, J. Hagoort’.

De molen, het zomerhuis van de molenaar, de hooiberg en de schuur brandden tot de grond toe af. Er volgden toen verschrikkelijk hectische weken voor het bestuur. Er moest natuurlijk in een zeer korte tijd (de bemaling van de polder was van vitaal belang en mocht niet te lang stilliggen!) een zeer belangrijk besluit worden genomen. Moest de molen zo snel mogelijk worden herbouwd of moest er radicaal worden overgegaan tot de bouw van een stoomgemaal naar de nieuwste technieken van die tijd? En dan nog de financiering van dit alles! De volgende dag (8 oktober) kwam men al in spoedvergadering bijeen en zegden de besturen van de omliggende polders Barwoutswaarder en Ruige Weide toe ‘zooveel mogelijke hulp te verleenen teneinde dezen Polder van het overtollige water te helpen bevrijden’.

Toen dat geregeld was, kon men op de 13 oktober over de nieuwbouw gaan praten en werd men bovendien ook nog op de hoogte gebracht van de tegenvallende uitkering van de brandverzekering. Tijdens de zitting bleek dat het bouwen van een stoomgemaal ongeveer twee keer zo duur zou worden als het bouwen van een nieuwe molen op de oude fundamenten. Het is dus niet verwonderlijk dat er met grote meerderheid werd besloten tot herbouw van de molen. Na dit belangrijke besluit kwam ook het sociale hart van de aanwezigen naar boven toen zij besloten om, in het belang van de molenaar, zo snel mogelijk het zomerhuis en de schuur te herbouwen. Vier dagen later wordt al een architect gevonden om die klus te klaren (kom daar in deze tijd eens om).

Na enig geharrewar of het een wip- of een achtkantige molen moest worden, kreeg Korevaar de opdracht om een bestek te maken voor een achtkantige molen. Op 23 november was dat reeds klaar, waarna een maand later de laagste inschrijver Swanenburg uit Woerden het werk aan de molen gegund werd.

Op 8 mei kwam het bestuur weer bij elkaar om van ingenieur Korevaar te vernemen dat de molen nu zover was, dat deze ‘elke dag bij windgelegenheid in gebruik kan worden genomen en alzoo in maalvaardigen toestand is opgeleverd’. Dat zou dan op maandag de 10de zijn, ‘ingeval er genoeg zomerwind is, den molen te beproeven, of anders dinsdag of woensdag ofwel den eersten dag dat er voldoende wind is’. Op 30 juli werd de molen definitief goedgekeurd. Nadat nog enkele kleine verbeteringen werden aangebracht, kwamen er geen klachten van de molenaar meer binnen en draaide de Broekermolen blijkbaar naar ieders wens. ‘Eind goed, al goed’, zou je zo denken, maar echt lang blijkt dat niet stand te houden.

Wind en/of stoom?

Al na 3½ jaar (18 januari 1879) schreef een aantal ingelanden (grondeigenaars) een verzoek tot het bouwen van een stoomgemaal.

Moet de pas gebouwde molen afgebroken worden voor een nieuw gemaal? De discussie barstte los. De ene wilde alleen een stoomgemaal, de volgende wilde samenwerking met naburige polders, een derde vroeg zich af of niet kon worden volstaan met een klein stoomwerktuig in de molen. Uiteindelijk werden twee voorstellen aangenomen: Het eerste was, dat er een stoomgemaal zou worden gebouwd en het tweede, dat het een apart gemaal zou worden met behoud van de molen. Bij de al bestaande schuld van f 6500, - kwam er nu nog eens f 20.000,- bovenop.

De bouw van het gemaal zou bij inschrijving worden gegund. De laagste inschrijver bleek de firma De Jong & Co te zijn. Ondanks de tegenwerking van ingenieur Korevaar werd het werk aan deze machinefabriek gegund, die tot de dag van vandaag nog steeds werkzaam is aan de Hollandse IJssel in Oudewater.

Na dit besluit trok Korevaar zich boos terug en werd De Wit uit Amsterdam de nieuwe opzichter. Op 16 november schreef hij vol trots: ‘Het stoomgemaal Papekop en Diemerbroek is geheel afgewerkt’.

Klagende molenaar

De enige die nog reden tot klagen had, was molenaar Maarten den Boggende. Hij deed aan de burgemeester Muller mondeling het verzoek iets terug te krijgen voor het schenken van koffie en thee aan de bouwers. Dat moest natuurlijk schriftelijk gebeuren en dat leverde de volgende aandoenlijke brief op:

‘Achtbare Heer Burgemeester ik zal u berigte op U verzoek als dat mijn Vrouw daar geen juiste rekening van gehoude heeft om die reden dat zij hoopte altijd een voojije van de ingenieur te krijgen bij het eindigen van het werk de dagelijkse Opzichter heeft ook gezegd wij zullen het wel vinden bij het einde vrouw maar zij zijn alle vertrokken zoo zij gekomen zijn maar het was altijd koffij en thee bij geval een boterham soms een paar eijeren enz. en wat het polder bestuur betreft ook altijd koffij gebruikt zoo doende Achtbare Burgemeester hoop ik dat u het schikken zal naar U goed vinden dan is het mij goed Na Groete (w.g.) M den Boggende Woerden 6 juli 1880’.

De combinatie van wind- en stoombemaling zal niet de voordeligste bemaling zijn geweest. Vandaar dat het niet verbazingwekkend is, dat in 1928 de molen vrijwel geheel gesloopt werd en het oude stoomgemaal ook zijn functie verloor. De onderbouw van de molen ging huisvesting bieden aan het nieuwe dieselgemaal. Dit gebeurde niet op de gebruikelijke manier door het afzagen van de romp op de eerste bintlaag, maar men heeft duidelijk en met succes gezocht naar een fraaie architectonisch verantwoorde oplossing. Alleen de valling van de muren en de achtkantige vorm verraden het verleden als windmolen. In de jaren ‘50 werd het gemaal geëlektrificeerd.

In het gebouw is nog de oude pomp met bijbehorend gereedschap aanwezig.

Bron: ‘Papekop van cope tot dorp’ door Wout van Kouwen.

De vorige afleveringen van ff z@ppen zijn gebundeld in zeven delen. Waarvan de laatste twee in zwart/wit. De rijk geïllustreerde boekjes zijn voor € 17,50 in Oudewater te koop bij de Read Shop, de TIP en bij de schrijver zelf op De Cope 6. Deel 5 staat geheel in het teken van de oorlog.

Wout van Kouwen

‘Onze watermolen staat in brand, J. Hagoort’.
De Broekermolen.
De situatie nu: restant stoomgemaal,molenromp en huis molenaar
De plaquette op het voormalige gemaal.
Afbeelding
Afbeelding
Montfoort S.V.'19 en Gert Kruys beëindigen per direct samenwerking 2 uur geleden
Afbeelding
Geloofsontmoeting 4 uur geleden
Afbeelding
Magenta exposeert 6 uur geleden
Afbeelding
Leerlingen Klavertje 4 exposeren 21 uur geleden
Afbeelding
Mooie prestaties bij het steppen 22 uur geleden
Dirigente Marja Timmer dirigeert het koor.
Concert Vrouwenkoor Vita Nova in Lekkerkerk 23 uur geleden
Afbeelding
Oranjevereniging Koningin Juliana Haastrecht pakt 'Groots' uit ter ere van 110-jarig bestaan 25 apr, 14:00
Koor aan de oranjebitter.
Koffieochtend in Dorpshuis De Vaart 25 apr, 12:00