Heksentoer zestig jaar jong
AlgemeenBridgeclub de Heksentoer is zestig jaar jong en in die zestig jaar uitgegroeid van een clubje van twaalf tot een vereniging met meer dan honderd leden. Elk jaar sluiten zich, mede door de cursussen die voorzitter Arie van der Stoep op poten heeft gezet, nieuwe leden aan. En het zestigjarig jubileum werd uiteraard uitgebreid gevierd met een geweldig leuk feest.
De voorzitter van de bridgeclub moet even peinzen over de vraag waarom bridgen zo leuk is, maar na enig nadenken volgt, met een brede glimlach: “Iedere keer is het een ander spelletje dat je speelt; het is altijd verrassend: van het bieden om samen met je bridgepartner tot een mooi contract te komen … of juist je tegenspelers dwars te zitten. Maar het gaat ook regelmatig mis, want je tegenspelers willen hetzelfde doen als jij: tot een mooi contract komen of mij en m’n partner dwarszitten. De ene keer lukt het beter dan de andere keer.”
De geschiedenis van de Heksentoer
Op de feestavond hield Van der Stoep een mooie speech over de geschiedenis van de bridgeclub: “Er werd destijds in Oudewater thuis al veel gebridged en daarom besloot een twaalftal mensen een bridgeclub voor Oudewaternaren op te richten. Dat vond plaats in wat toen nog De Roos heette; dat is waar nu Joia gevestigd is. De eerste voorzitter was de heer Van Lunteren, maar veel oudere Oudewaternaren zullen zich vast een ander lid van het bestuur nog wel herinneren; dat was duizendpoot Theo Schoonderwoerd. Mevrouw Brunt-Bardelmeyer verzon de toepasselijk naam ‘Heksentoer’, want bridgen blijft een lastige klus, zelfs in de ‘heksenstad’, maar is wel heel gezellig. Er wordt een avond per week, dat is nu op de dinsdag, in wedstrijdvorm gebridged. En mevrouw Zoethoutmaar-Dessing heeft, inmiddels alweer jaren geleden, het donderdagmiddagbridgen bedacht, daar is het allemaal net iets vrijblijvender; en je hoeft ‘s avonds de deur niet meer uit.
Van leren pesten tot bridgen
Arie van der Stoep vertelt dat hij thuis al veel kaartspelletjes deed, van pesten via jokeren tot 21-en. Toen hij op de Universiteit van Utrecht wiskunde, statistiek en informatica studeerde heeft hij eerst veel geklaverjast en later gebridged: “We deden maar wat, zonder enig systeem en zonder enige afspraak. Dat heb ik later wel beter gedaan, hoewel het destijds natuurlijk ook wel heel gezellig was.”
“Toen ik later lesgaf op de Hogeschool van Eindhoven heb ik in Brabant leren rikken en dat lijkt veel op bridgen. Weer later ben ik op de Hogeschool van Utrecht les gaan geven en ben in Driebergen, waar ik toen woonde, lid geworden van een bridgeclub. Daar moest ik een systeemkaart hebben, een bridgepartner zoeken en, om het goed te leren, heb ik een boekje gekocht waaruit ik kon leren bridgen … en toen nog meer boekjes, want ik wilde het goed leren. Eigenlijk ben ik wat betreft bridgen een autodidact.”
Heksentoer en bridgeles geven
Een jaar of tien geleden is Arie van der Stoep in Oudewater komen wonen en is eerst lid geworden van de tennisclub (‘je wilt toch een beetje fit blijven’) en toen ook van bridgeclub de Heksentoer. Enige tijd later volgde hij Loek Slootjes op als voorzitter van de club en ongeveer rond diezelfde tijd, zo’n jaar of zes geleden, is hij gestart met bridgeles geven - in lesgeven had hij al jaren ervaring en in bridgen inmiddels ook. “Via de Bridgebond kwam ik aan een PowerPointpresentatie en die heb ik iedere keer een beetje aangepast. In mijn lessen gebruik ik ook een boekje van een van de bekendste bridgers van ons land: Berry Westra, en zelf heb ik een syllabus geschreven die inmiddels wel zo’n 75 pagina’s omvat met allerlei oefenmateriaal en opdrachten.”
“O ja, ik heb ook een website waar je van alles op kunt vinden.” (www.bridgeninoudewater.jimdofree.com)
Sinds Van der Stoep begonnen is met lesgeven zijn er al ruim twintig cursisten doorgestroomd naar de bridgeclub. “Er komen soms oud-cursisten naar me toe en zeggen heel zachtjes tegen me dat ze, nu ze hebben leren bridgen, dat eigenlijk veel leuker vinden dan klaverjassen.”
Sporthal De Noort Syde en het jubileumfeest
De bridgeclub heeft in die zestig jaar al in heel wat uiteenlopende locaties mogen spelen, waaronder De Roos, Seelt, Het Stadswapen en de Klepper, maar nu hebben ze hun vaste plek in sporthal De Noort Syde. “We bridgen in de voormalige squashhallen, waarvan er al twee door de beheerder van de sporthal, Anton van Hemert, zijn omgetoverd tot aangename zaaltjes: ‘de huiskamer’ en de ‘mancave’, maar op donderdagmiddag bridgen we ook vaak in het sportcafé zelf. Op dinsdag speelt er een klein aantal behoorlijk fanatieke spelers, die heel graag willen winnen, maar de meeste spelers doen gewoon hun best zonder de uitslag al te serieus te nemen, hoewel ze natuurlijk blij zijn als ze goed gescoord hebben. Er zijn ook de nodige spelers die ‘de derde helft’ kunnen waarderen. Bridgen heeft dan ook zeker een sociaal element in zich; er zijn spelers die steevast niet zo heel hoog scoren, maar het zo gezellig vinden dat ze toch gewoon blijven komen. En natuurlijk waren die ook op ons jubileumfeest.”
Dat feest was echt heel goed georganiseerd door de jubileumcommissie: een mooie locatie waar we met de bus naartoe gebracht werden, lekker eten, aanstekelijke, afwisselende muziek en allemaal gezellige mensen natuurlijk.”
“Maar dinsdag en donderdag gaan we, mede door de inzet van de grote hoeveelheid vrijwilligers, weer gewoon bridgen. Want, zoals ik al zei in mijn toespraak afgelopen zaterdag: wij vormen met elkaar een bloeiende en actieve club, want naast de twee vaste bridgemomenten, kennen we nog een flink aantal activiteiten … en zorgen we met elkaar voor steeds weer nieuwe aanwas, zodat we tot in lengte van dagen een gezellige club kunnen blijven.”
Aad Kuiper