Heeswijkschool en het Kompas planten bomen in kader van Boomfeestdag

Op de Heeswijkschool in Montfoort werden woensdag 17 maart vier bomen geplant in het kader van Nationale Boomfeestdag. Kinderen uit groep 8 en gemeentewerkers van gemeente Montfoort zorgden er gezamenlijk voor dat de haagbeuken een goed plekje kregen. “Er is meer behoefte aan schaduw en wij vinden het belangrijk dat de kinderen wat met de natuur doen”, aldus directeur Jan Kaarsgaren. “Het belang van bomen is groot. Ook voor de buurt is het leuk dat de lijn hier wordt doorgetrokken”, wijst hij naar de bomen die aan de zijkant van de school komen. Ook Sylvia Benschop van Platform Duurzaam Montfoort was aanwezig. Mede dankzij haar en Platform Duurzaam Montfoort is de Boomfeestdag al drie jaar een begrip in Montfoort.

“Wisten jullie dat het motto van de Stichting Nationale Boomfeestdag is dat elk kind in zijn of haar basisschoolperiode minstens één boom geplant moet hebben? Jullie zijn er nog net op tijd bij”, zegt ze tegen de kinderen. Vorig jaar ging de Boomfeestdag niet door in verband met corona. Toen werden er volgens Sylvia wel struikjes geplant door vrijwilligers bij de manege. Ze vindt: “Bomen planten kan prima coronaproof.” Door de aanhoudende pandemie was Boomfeestdag ook nu officieel verplaatst naar november. Dan zullen er landelijk weer bomen de grond in gaan. Ook basisschool het Kompas was er deze week bij. Op het schoolplein aldaar werd op dinsdag al een boom geplant. Bomen planten is iets wat de gemeente Montfoort alleen maar wil aanmoedigen.

Rond 09.00 uur komen de 23 kinderen, die net van juf Marjolein een en ander hebben geleerd over het belang van bomen, het schoolplein op. Sylvia heet ze welkom en vertelt dat de Boomfeestdag al meer dan zestig jaar bestaat. “Soms verdwijnen bomen doordat ze doodgaan of doordat er iets verbouwd gaat worden. Ik hoop dat de bomen die jullie planten, lang blijven staan. Het zou toch mooi zijn dat de bomen hier nog staan, als jullie later groot zijn en door de straat rijden. Dat je dan weet dat deze bomen bij jullie horen.”

Lijsterbes

De directeur beaamt dat. Ook hij mocht 53 jaar geleden, toen hij in de zesde klas zat in Blaricum een boom poten. “Dat was een lijsterbes. Die heeft er 40 jaar gestaan”, vertelt hij. “Helaas veranderde de weg toen, en moest hij worden weggehaald. Maar ik heb er nog lang van kunnen genieten. Dat was echt mijn boom.” Hij vertelt over de huizen aan de overkant van de school, en hoe die gebouwd werden in de jaren ‘60. “Voor elk huis stonden twee bomen. Die zijn allemaal verdwenen. Alleen die bomen zijn blijven staan”, zegt hij over een tweetal bomen naast elkaar. “Vorig jaar was daar een hoogwerker bezig, en werden de takken netjes gezaagd. Gelukkig willen mensen, die de bomen in hun tuin hebben, de bomen ook goed verzorgen. Zo hoop ik ook dat jullie bomen heel lang op de speelplaats blijven staan. Jullie hebben ook een paar plantjes gekregen en schepjes. Die moeten in die bakken daar. We moeten er dan ook voor zorgen en ze water geven. Anders verdrogen ze.”

Dat de haagbeuken geen snelgroeiers zijn is volgens de directeur maar goed ook. “Dat zou de speelplaats omhoogtrekken. “Ze zijn wel een maatje groter dan de drie bomen die we plantten toen we zes jaar geleden deze school openden.” Kaarsgaren geeft het woord aan de gemeentewerkers die het werk met de kinderen gaan verzorgen. Een gemeentewerker vraagt de kinderen wat bomen nodig hebben om te groeien. “Water”, zegt er een. “Zon”, aldus een ander. “Wat nog meer?” “Grond!” Op de vraag waarom bomen belangrijk zijn, komen de kinderen met heel uiteenlopende antwoorden: “Voor zuurstof, schaduw, en CO2-opname.” “Ze geven ook vruchten. Je kunt er ook planken van maken of papier. En met kerst kunnen we een boom omzagen en als kerstboom gebruiken”, zegt de gemeentewerker. “Volgens mij heb ik nu alles wel verteld. Dan kunnen de kinderen nu meehelpen met het bomen planten.” Juf Marjolein heeft een indeling gemaakt. Per boom helpt een groepje kinderen mee de boom de grond in te krijgen. De bomen zijn al in de grond getakeld. Een gemeentewerker houdt de boom recht, terwijl de kinderen de grond in het gat scheppen. Ronald de Graaf heeft als gemeentewerker al vaker meegeholpen met bomen planten. “Dat was in IJsselstein. Het is erg leuk met de kinderen samen. Weer eens wat anders”, zegt hij. “Ze zijn wel enthousiast.”

Aan de andere kant van het schoolplein zijn kinderen druk bezig met het planten van kattenkruid. “Die plantjes kunnen wel wat hebben”, meent meester Jan. “Wat is dit? Zijn dit wortels?” “Nee hoor, dat is onkruid.” Maren is druk bezig haar plantje goed de grond in te krijgen. Heel soms helpt ze thuis ook wel eens in de tuin, zegt ze. Ze vindt het leuk om te doen. “Mogen wij nu ook nog een boom planten?” “Die zijn al in de grond, volgens mij.” Terwijl de kinderen het plein schoonmaken, adviseert een gemeentewerker om niet direct water te geven. “De grond is al goed vochtig. Vanaf volgende week wordt het mooier weer. Dan is het wel goed om de bomen in de gaten te houden en eventueel te bewateren.

Sjoukje Dijkstra