Bij het 60-jarig bestaan: staand boven links: Bas Burger, Nico Kool, Wim Borst, Kees Rietveld, Wim van Bunnik, Gijs Stigter, Dirk Algera, Simon van der Laar, Rini Boere, NN. In het midden: Leen van Itterson, Adriaan de Burger, Gert den Houdijker, Wim Scheel, Jan van der Laar, zoon van der Boom, Jan van der Boom. Staand: Joop Vergeer, Sjaak Braams, Norbert Stijnman, NN, Dirk van Schaik, Jaap Schouten, Piet van Vliet, Piet van der Horst en Nico van Doorn.
Bij het 60-jarig bestaan: staand boven links: Bas Burger, Nico Kool, Wim Borst, Kees Rietveld, Wim van Bunnik, Gijs Stigter, Dirk Algera, Simon van der Laar, Rini Boere, NN. In het midden: Leen van Itterson, Adriaan de Burger, Gert den Houdijker, Wim Scheel, Jan van der Laar, zoon van der Boom, Jan van der Boom. Staand: Joop Vergeer, Sjaak Braams, Norbert Stijnman, NN, Dirk van Schaik, Jaap Schouten, Piet van Vliet, Piet van der Horst en Nico van Doorn.

Honderd jaar duivenmelken

Algemeen

In De IJsselbode van 20 april 2021 konden we lezen dat in het weekend de wedstrijden met de duiven van start waren gegaan. Paul Satink schreef onder het kopje ‘De postduiven vliegen weer’ dat de duiven die zaterdag om 08.45 uur waren gelost in Lennik op 145 km van huis. De beestjes moesten de kou en de noordenwind trotseren om weer ‘thuis’ te komen in hun eigen veilige hok. De snelste deed dat met maar liefst 74 kilometer per uur. Dit gebeurde wel in een bijzonder jaar. De duiven waren de dag ervoor volgens een speciaal opgesteld covid-19 protocol ingekorfd. Wat inhield dat geen liefhebbers in het duivenlokaal aanwezig mochten zijn. Het inkorven moest beperkt blijven tot vier man. Maar niet alleen covid-19 maakt dit jaar voor de duivensport in Oudewater bijzonder. De eigen vereniging ‘De Zwaluw’ bestaat maar liefst 100 jaar en is tevens de oudste vereniging van Oudewater stad.

De duivensport

De duiven, die voor deze ‘sport’ worden gebruikt, zijn ‘postduiven’ (in België ook wel ‘reisduiven’ genoemd). Ze stammen af van de ‘rotsduif’. Door fokprogramma’s kweekte men duiven die, na een periode bij de eigenaar te hebben doorgebracht, naar elders vervoerd konden worden. Daar werden ze dan losgelaten en konden de weg naar hun oorspronkelijke verblijf feilloos terugvinden. Vroeger werd zo in speciale gevallen de post verstuurd (vandaar de naam). Een dun en klein papiertje werd beschreven met enkele regels en aan de poot bevestigd. Na het loslaten vloog de duif terug naar zijn hok, waar het bericht gelezen kon worden. Zelfs al tijdens de Tachtigjarige Oorlog maakte men gebruik van postduiven om berichten te versturen vanuit belegerde steden. Tot zelfs in de Eerste en Tweede Wereldoorlog toe waren deze oorlogsduiven actief.

G.I. Joe

Dit is een van de beroemdste postduiven in de wereldgeschiedenis. Tijdens de Tweede Wereldoorlog redde G.I. Joe het leven van de bevolking van de plaats Calvi Risortain Italië en dat van de Britse troepen daar. Deze plaats zou op 18 oktober 1943 door de Amerikanen gebombardeerd worden, zodat de inname van het dorp door de Britten bespoedigd kon worden. De Duitsers bleken zich teruggetrokken te hebben, zodat de Britten het dorp al konden innemen. Pogingen via radiocontact, om het bombardement af te blazen, mislukten. Joe werd ten einde raad ingezet. In 20 minuten vloog hij de 20 mijl terug naar zijn Amerikaanse legerbasis en arriveerde net op tijd om het bombardement tegen te houden. Na de oorlog kreeg de duif een onderscheiding (de Dickin Medal) voor zijn heldendaad waarmee hij naar schatting duizend militaire levens had gered.

De Zwaluw

Uit het feit dat deze beestjes een ongelofelijk oriëntatievermogen hebben, ontstond langzamerhand een postduivenhobby. België was de bakermat. Eind 19de eeuw ging men rond Luik wedstrijden en wedvluchten met postduiven houden. De sport verspreidde zich vanuit België ook over Nederland. De eigenaren werden ‘duivenmelkers’ genoemd en zij richtten overal in het land verenigingen op. Zo ook in Oudewater.

Op 6 mei 1921 vond de oprichtingsvergadering plaats. Er waren 23 toekomstige leden aanwezig waaronder velen uit Montfoort. De heer Rahms werd verkozen tot voorzitter met Joh. Harreveld als secretaris. Vrij snel daarna zou dhr. Vreeswijk voorzitter worden en hij bleef dat maar liefst 26 jaar. In de notulen van die oprichtingsvergadering staat o.a. te lezen: ‘Spoedig rolde het geld over de bestuurstafel en wel zoveel, dat de kas er rijker van werd’. Er hing dus een prima sfeertje op die 6de mei 100 jaar geleden. Vermeldenswaard is ook wel dat er tijdens die oprichtingsvergadering besloten werd een poedelprijs uit te loven voor de laatst aankomende. De eerste wedvlucht werd gehouden vanuit Den Bosch.

De wedvluchten

De wedstrijden worden gehouden van april tot half september. Daarna gaan de duiven de rui in. Om aan een wedstrijd deel te nemen, moeten ze de dag ervoor ingekorfd worden. Volgens de klassieke methode werd de duif dan voorzien van een gummiring, die bij aankomst in een duivenklok (constateur) werd gestopt. Tegenwoordig wordt de elektronische methode toegepast. Het beestje krijgt dan een chipring om zijn poot die bij aankomst in het duivenhok kan worden afgelezen. De dieren van verschillende duivenmelkers worden samen in stalen manden gezet en voorzien van drinkgoten. Deze worden met water gevuld als er even niet gereden wordt met de vrachtauto, die de dieren naar een zuidelijke bestemming rijdt. De duiven vliegen altijd van zuid naar noord omdat er meestal een zuidwestenwind waait. Die wind wordt ‘staartwind’ genoemd. Bij tegenwind spreekt men van ‘kopwind’. De wedvluchtbegeleiders wachten op de losplaats tot een vooraf afgesproken uur om alle duivenmanden zo gelijktijdig mogelijk open te maken. De losgelaten duiven draaien eerst enkele rondjes om zich te oriënteren en vatten dan de reis naar huis aan. De uiterste afstand die een duif in één dag kan vliegen, bedraagt ongeveer 1.100 km. Sommige vluchten kunnen dan ook twee dagen duren. Als de duiven in de buurt van de thuishaven zijn, worden ze door de eigenaar met een bekend fluitje of kreet het hok ingelokt. De vliegers weten dat hun een volle bak met voer wacht en het mannetje of vrouwtje.

Men onderscheidt zo vier groepen wedstrijden: Vitesse (tot 300 km), Midfond (300-500 km), Dagfond (500-700 km) en Overnachtfond (700-1.300 km). Aan de hand van oefenvluchten weet de duivenmelker over welke afstanden zijn duiven het best vliegen.

Alle begin is moeilijk

Dat gold natuurlijk ook voor De Zwaluw. Het klokken van de duiven gebeurde die eerste jaren onder de luifel van de Heksenwaag. Zodra een duif was aangekomen, begaf de eigenaar zich met duif en al naar ‘Onder de luifel’ en daar werd op de klok gekeken en de tijd genoteerd. Iedereen kreeg looptijd vergoeding. In de jaren ‘30 kreeg de vereniging één klok in bezit. Daar moesten allen gebruik van maken. En dat ging dan ook wel eens mis lazen we in het Woerdensch Weekblad van 1931. Ook werden er tentoonstellingen gehouden lazen we in de krant van 1934.

De jaren ‘30 waren door de crisis natuurlijk hele moeilijke jaren. De mensen hadden weinig geld. De meeste duivenmelkers kwamen uit de arbeidersklasse en daar was grote werkeloosheid. Men sprak bij de postduiven niet voor niets over ‘De renpaardjes van de arbeiders’. De contributie moest per maand betaald worden en dat werd voor een langdurig werkeloze wel een probleem. Om geld te besparen, waren er liefhebbers die na het vliegseizoen hun lidmaatschap opzegden en aan het begin van het nieuwe seizoen weer lid werden. Ook werd vanuit Woerden geprobeerd leden af te troggelen door ze gratis jonge duiven aan te bieden.

De vergaderingen werden achtereenvolgens gehouden in café Miltenburg, café De Roos, het zaaltje Oudewater Vooruit en de IJstent van de schaatsvereniging aan de Grote Gracht.

Na de oorlog moest weer een nieuwe start worden gemaakt. De IJstent was tijdens de Hongerwinter opgestookt en alle duiven waren opgegeten. Dat doet erg denken aan de beroemde conference van Toon Hermans over een goochelaar, die een nummer had met een duif, maar in de oorlog zijn eigen nummer had opgegeten.

Langzamerhand werd het wedstrijdvliegen weer voorzichtig opgestart. Het inkorflokaal werd café De Oude Waag in de Wijdstraat waar ook vergaderd werd. Men bleef regelmatig van vergaderlokaal wisselen: café Nederend, Thalia en het Uivernest, tot de vereniging erin slaagde een eigen gebouw aan de Oude Singel neer te zetten, zodat de Zwaluw in 1962 voor het eerst een eigen inkorf- en vergaderlokaal had. Zo’n eigen home nodigde natuurlijk uit tot andere activiteiten zoals een jaarlijkse feestavond.

Clubgebouw op de Touwslag

Zaterdag 9 maart 1996 kunnen we toch wel als een hoogtepunt voor de Oudewaterse duivenvereniging zien. Op die dag werd het nieuwe stenen clubgebouw aan de Touwslag 1 officieel geopend door burgemeester Ruygrok en het toenmalige oudste lid Jaap Schouten en kon er het 75-jarig bestaan gevierd worden met een aantal festiviteiten.

En dan nu het 100-jarig bestaan. Door de covid-19 zijn er momenteel weinig mogelijkheden, maar de leden van de Zwaluw zullen daar later dit jaar ongetwijfeld een goede oplossing voor weten te vinden.

Enkele zwaluwtjes

Tot slotte nog enkele snippers over deze 100-jarige:

  1. •         Af en toe wordt er geld ingezameld voor een goed doel zoals de Kankerstichting en Innocent Smile. Dan worden er duiven die geschonken zijn via internet verkocht.
  2. •         Voor de dames van de duivenhouders is er een aparte competitie (The Ladies League) uitgeschreven met jonge duiven.
  3. •         In de wintermaanden wordt er maandelijks een bingoavond georganiseerd. De opbrengst gaat in de clubkas.
  4. •         De vereniging vergrijst maar met een aantal van ‘30 vliegende leden’ mag men toch niet mopperen. Waar elders verenigingen worden opgeheven, is de Zwaluw nog een krasse 100-jarige!

Bronnen: Wikipedia, De Zwaluw, Paul Satink, De IJsselbode, Woerdensch Weekblad,

De vorige afleveringen van ff z@ppen zijn gebundeld in vier delen. Daarbij is gebruik gemaakt van extra materiaal als aanvulling. De rijk geïllustreerde boekjes zijn voor e 17,50 in Oudewater te koop bij de Read Shop, de TIP en bij de schrijver zelf op De Cope 6. Eind 2020 is ‘ff z@ppen deel 5’ op de markt gekomen. Onder de titel ‘Oudewater 1940-1945’ staat dit deel geheel in het teken van de Tweede Wereldoorlog.

Wout van Kouwen

Afbeelding
Afbeelding
De mannen van het eerste uur hier bij een optocht. Op de achtergrond is op het vaandel: 'De Zwaluw, opgericht mei 1921'. Na een oproep op Facebook werden de volgende mannen herkend: Links Balt van Bunnik met daarnaast Piet van der Horst. Vijfde van rechts Bas Burger, daarnaast Jeen de Burger en Arie van de Kuy met daarboven Van de Laar.
Afbeelding