Klas 6 van de Mariaschool in 1950. Martha herkende de volgende oud-klasgenootjes: Links Tini Sangers, Laura Boere, Riet Harreveld, Anny Strik, Trees van Harmelen en Corry van Schaik.Tweede rij: Wil Sinke, Wil Duits, Sjaan Vermeij, Bets de Lange, Agnes van Zuilen, Corry van Rooien, Wil van Vliet, Wil Merks en Riet Hoeboer.Derde rij: Bets Schoonderwoerd, Annie Vermeulen, Agnes de Groot, Corry van Baaren, Martha Anbergen, Laura Vendrig en Corry van Harmelen.
Klas 6 van de Mariaschool in 1950. Martha herkende de volgende oud-klasgenootjes: Links Tini Sangers, Laura Boere, Riet Harreveld, Anny Strik, Trees van Harmelen en Corry van Schaik.Tweede rij: Wil Sinke, Wil Duits, Sjaan Vermeij, Bets de Lange, Agnes van Zuilen, Corry van Rooien, Wil van Vliet, Wil Merks en Riet Hoeboer.Derde rij: Bets Schoonderwoerd, Annie Vermeulen, Agnes de Groot, Corry van Baaren, Martha Anbergen, Laura Vendrig en Corry van Harmelen.

Het onbekommerde meisjesleven (deel 1)

Algemeen

Na een serie over het onbekommerde jongensleven in de vorige eeuw is nu een meisje van toen aan het woord over haar onbezorgde jeugd.

Bloemen op de ramen

Martha Anbergen schreef ons over de toestand in huis waar het altijd 'volle bak' was:

'Ik ben in 1938 geboren op de Biezenwal en was de middelste uit een gezin van maar liefst 12 kinderen. Als mijn moeder weer eens in verwachting was, wisten wij helemaal van niets. Dokter van Beek kwam alleen zo nu een dan even langs om te kijken hoe alles liep.

Mijn ouders sliepen beneden in het 'alkoof' zoals dat toen genoemd werd. Het was een kamertje zonder ramen in het gedeelte tussen de voor- en achterkamer. Mijn zeven broers sliepen op de zolder tussen het wasgoed dat daar te drogen hing. Wij, de vijf zussen, lagen op twee kleine kamertjes dicht op elkaar soms met tweeën in een bed. Zo was het in die tijd. Je wist niet beter. 's Winters, als het gevroren had, natuurlijk bloemen op de ramen. Met onze warme adem maakten we dan kringetjes op de ruit. Als de R in de maand kwam, was het verplicht voor het naar bed gaan een lepel levertraan te drinken voor extra vitamines. Daar zat zo'n vieze smaak aan, dat je daarna een schepje suiker als toetje kreeg. We hadden geen achterom, maar wel een lange gang met kokosmat. Voor het naar bed gaan, werd in de gang de opstelling gemaakt voor de volgende dag. Vooraan de fiets en de schoenen of klompen van degene die de volgende morgen als eerste het huis zou verlaten en dan volgde de opstelling van de rest van schoenen, klompen of fietsen van degenen die daarna aan de beurt waren.

Buiten spelen

'Als kleuter vermaakte ik mij in huis met het weinige speelgoed zoals doosjes en dat soort materiaal. Poppen of ander luxe speelgoed hadden we niet.

Toen ik wat ouder werd, ging ik buiten spelen met de kinderen Vermeij en Kraan, die onze buren waren en ook een groot gezin hadden. We gingen dan touwtje springen, hoepelen, bikkelen en wegkruipertje spelen om het weeghuis van het Arminiusplein. En als we een ondeugende bui hadden, gingen we belletje trekken bij Anna Mekaai op het Arminiusplein. We kropen daarna snel weg. Als Anna dan voor niets de deur open had gedaan, schreeuwde ze: "Ga naar je ouwe moer!" Waarna ze de deur weer kwaad sloot. Als enkele jongens het handvat met zeep hadden ingesmeerd, werd ze nog bozer.'

Bikkelen

Aan dit meisjesspel wil ik toch wel even extra aandacht besteden. Dit zeer oude spel stamt nog uit de tijd van de Romeinen. In de meeste landen werd het spel gespeeld met vijf bikkels. Voor het bikkelen in Nederland waren vier bikkels en een bikkelbal (meestal een gummibal) nodig. De echte bikkels kwamen uit de achterpoot van een schaap. Als een schaap geslacht werd, werden de pootjes van het schaap gekookt zodat het vlees en de huid eraf vielen. Die botjes werden dan aan de kinderen gegeven om te 'bikkelen'. De vier zijden van de bikkels kregen een naam: 'essie', 'putje', 'ruggie', 'staantje'. In de vorige eeuw raakten ook metalen bikkels in gebruik. Die konden dan bijvoorbeeld gekocht worden in de speelgoedzaak van de familie De Veen bij de Visbrug, waar nu het reisbureau zit, of bij de gezusters Benschop op de Markt. De bikkels werden bewaard in een zakje in de onderrok.

Het is een echt behendigheidsspel, door twee meisjes gespeeld en wel bij voorkeur op een hardstenen stoep, waarvan je er op de Markt enkele had. Martha Anbergen bikkelde met haar vriendinnen altijd op de stenen drietraps stoep bij het huis op nummer 13 van onze muntenexpert Ed van den Brul.

  1. Een paar algemene regels waren:
  2. •         elk meisje gooit vier bikkels op; degene die de meeste verschillende zijden heeft, mag beginnen;
  3. •         de speelster mag maar met één hand spelen;
  4. •         als men één of meer bikkels opraapt, mogen de andere niet worden geraakt;
  5. •         de bikkels mogen niet op elkaar komen, anders moet de beurt worden afgestaan;
  6. •         de bikkelbal mag niet op de bikkels komen.        

Het stuiterballetje werd in de lucht gegooid; in het tijdsverloop tussen het stuiten en het opvangen moesten de bikkels gekanteld, gekeerd of opnieuw gegroepeerd worden. Winnaar was degene, die dat het snelst op de juiste manier had gedaan. De regels stonden niet vast en verschilden per streek of schoolplein.

In Oudewater was bikkelen tot in de jaren '50 nog enorm populair, terwijl het elders in ons land nauwelijks meer gespeeld werd. Dit kwam mede door het feit, dat er in de tuin van het St. Franciscuspensionaat twee stenen bikkeltafels stonden. De schoolkinderen en pensionaires maakten daar tijdens het speelkwartier en na school dankbaar gebruik van. Een oud- pensionaire schrijft op 'Schoolbank.nl': "Bikkelen deden we op de stenen tafels en de ijzeren trap naar de slaapzaal". Een ander: "Uren konden we bikkelen op grote tafels of onder het afdak bij de gymzaal".

'De wintertijd was voor ons kinderen een heerlijke periode. Met de slee gleden we van het Papenhoeflaantje zo naar beneden en schaatsen leerden we op de Kerkwetering met een oude stoel. Heerlijk buiten met alle buurkinderen.

In de vrije dagen van school ging ik met mijn zussen en broers hutten bouwen op het jaagpad. We bleven dan vaak de hele dag weg.

Boodschappen doen

Thuis moest er ook wel eens bijgesprongen worden. Soms, als ik uit school kwam, moest ik op een holletje naar het winkeltje van mevr. Van 't Riet op de hoek Rode Zand/Arminiusplein om bijvoorbeeld een pakje boter of suiker te halen. Er was altijd wel ergens tekort aan. Ik moest ook vaak 's avonds mijn moeder helpen met brood klaarmaken voor de zeven jongens die 's morgens al vroeg de deur uitgingen. De bakkers kwamen bij ons nog aan de deur: Stolwijk, Van Helden en Munnik uit Hekendorp. Met zo'n groot gezin gingen er heel wat broden doorheen.

Mijn vader, die veehandelaar was, kon op een oude trapmachine kleding maken. Ook bakte hij soms 's morgens vroeg boekweit pannenkoeken. Dan rook je de lucht al terwijl je nog op de slaapkamer lag.

Vakantie was er niet bij. Het enige uitje dat we in een jaar hadden, was een dag met de vrachtwagen van Van Dam uit Papekop naar een speeltuin.

Naar kerk en school

Op zondag natuurlijk met mijn moeder naar de St. Franciscuskerk in de Kapellestraat en dan uit de kerk zeuren om vijf cent. Daarmee gingen we dan bij Leen Kraan op het hoekje tegenover waar nu het Kruidvat is, toffees of zwart-wit kopen. Dat was echt een feest voor ons.

Na de kleuterschool ging ik naar de Mariaschool die toen in de St. Janstraat was. Nu zit het Muziekhuis in het inmiddels gerestaureerde gebouw.

Na de lagere school ging ik naar de Huishoudschool van de nonnen in de Kloosterstraat en daarna vijf jaar werken in het ziekenhuis in de Kapellestraat. Zo kwam een eind aan mijn onbekommerde jeugd.'

Bronnen: Martha van Vianen-Anbergen, Schoolbank.nl, "FF Z@ppen naar de vorige eeuw, deel 1.

De vorige afleveringen van ff z@ppen zijn gebundeld in vier delen. Daarbij is gebruik gemaakt van extra materiaal als aanvulling. De rijk geïllustreerde boekjes zijn voor e 17,50 in Oudewater te koop bij de Read Shop, de TIP en bij de schrijver zelf op De Cope 6. Eind 2020 is 'ff z@ppen deel 5' op de markt gekomen. Onder de titel 'Oudewater 1940-1945' staat dit deel geheel in het teken van de Tweede Wereldoorlog.

Op de achtergrond, waar de man staat, was de 'School met den Bijbel'. Dan kwam het huis van veehandelaar Anbergen, met als buren de familie Kraan. Een klein stukje verder bevond zich de Irene kleuterschool.
De kostkinderen, die pensionaires werden genoemd, hadden soms bij mooi weer een verplicht leesuurtje in de tuin van het St. Franciscusklooster in de Kapellestraat. Rechts is de bikkeltafel te zien. Iets verderop was er nog een te vinden.
Afbeelding
Afbeelding